Smijten met een baksteen: Volvo 240 Estate Turbo
Tegenwoordig is een rappe stationwagen heel gewoon, maar veertig jaar geleden was de Volvo 240 Turbo Estate uitzonderlijk snel. Inmiddels zijn de zogenoemde Turbobricks van Volvo uitgegroeid tot cultauto’s. In deze nieuwe aflevering van Peters Proefrit zie je waarom.
De Volvo 240 Estate Turbo werd begin jaren tachtig in prachtige advertenties bewierookt als: “De Formule 2 kubieke meter. De 155 pk Sport station. Een auto waarin de bestuurder een sportwagen vóór zich had en een stationwagen achter zich.” Ronkende kreten om het nog nieuwe fenomeen aan te prijzen. Nu kijkt niemand meer op van een praktische gezinsauto met het vermogen van een sportcoupé door de Audi RS’en. Maar destijds was een combi met 155 pk heel bijzonder.
Pullman-bekleding
De Volvo 240 Estate Turbo heeft turbo-badges, zwarte exterieuraccenten en 15-inch Virgo-wielen om zich te onderscheiden van de normale exemplaren. Vanbinnen is het Zweedse nuchterheid met de fraaie Pullman-bekleding en extra metertjes als uitspattingen. Indien gewenst is er de mogelijkheid tot drie zitrijen of een enorm laadvolume.
Wachten, wachten…
Maar de echte kracht van de Volvo 240 Estate Turbo komt van de B21ET-motor, ook wel red blockgenoemd. De rauwe 2,1-liter turbomotor levert 155 pk en 240 Nm, waarmee hij vier decennia geleden een uitzonderlijk aanbod was. Echt sportief is de viercilinder niet, want het is een klassieke turbomotor. Wachten, wachten en dan komt die lekkere turboduw. Dat betekent lome reacties bij lage toeren en heel veel haast vanaf halverwege het toerenbereik. Vaart zit er genoeg in en dat komt ook door het relatief lage gewicht van 1230 kg.
Nauwelijks wielspin
In het hedendaagse verkeer kan de Volvo 240 Estate Turbo nog prima meekomen. Dit exemplaar heeft de gewilde handgeschakelde vierbak met overdrive en de transmissie laat zich met nonchalante slagen door de versnellingen leiden. Daarna is het aan de achterwielen om de flinke trekkracht zonder sperdifferentieel op het asfalt te brengen, maar zelfs in natte omstandigheden is er nauwelijks wielspin op te roepen.
Turbobrick
De geblazen vierkante modellen als de Volvo 240 Estate Turbo worden ook wel turbobricks genoemd en deze baksteen stuurt verrassend precies. Er is een stevige tegendruk in het stuurwiel en de bekrachtiging filtert niet al het gevoel eruit. Het onderstel is strak geveerd, waardoor hij niet als een dweil bochten induikt. De bandwangen en dempers vangen het koetswerk vervolgens kalm op, waarna hij met flink wat rol om de lengteas de bocht volmaakt. Heel dynamisch is het allemaal niet. Mede door de grote bodemspeling en hoge zitpositie, waardoor het lijkt alsof je in een crossover rijdt. Maar er is genoeg beleving om de sportieve aspiraties met de ruimtelijke wensen te laten samenkomen. Dat was én is de kracht van snelle stationwagens als deze inmiddels zeldzame 240 Estate Turbo.
Lees ook:
Ook interessant
-
Deze goedkope Chinese EV is Europese concurrentie te slim af
-
Eindvideo Nio ET5 Touring: roadtrip naar top van de Stelviopas
-
René en zijn Lancia Beta Berlina: ‘Plastic zit nog op de deuren’
-
Zo herrees Bugatti de eerste keer uit zijn as | Sjoerds Weetjes 417
-
Waarom de Kia EV3 absolute verkooptopper in Nederland wordt
-
Ook als hybride duurt het Porsche 911-sprookje voort
-
Kia Ray EV: betaalbare elektrische auto die jij niet mag kopen
-
Om deze simpele reden zijn sommige Bentley-logo’s blauw | Sjoerds Weetjes 416
-
Praktische occasions met power: Volvo V70 R vs. Saab 9-3 Turbo X
-
Geen diesel! Geen SQ5! Nieuwe Audi Q5 alleen als plug-in naar Nederland
-
Camper te saai? Rinze kampeert met zijn Toyota FJ Cruiser
-
Wat je (niet) moet weten over de Mercedes SLS AMG | Sjoerds Weetjes 415